In onze tijd gebeuren er wereldwijd veel dingen, wat tot verwarring kan leiden. Daarin zoeken we graag naar een houvast en naar voorbeelden hoe anderen hiermee omgaan. De Bijbel geeft aan dat alles over Israël is opgeschreven, ons tot voorbeeld, 1 Kor.10:6. Vandaar dat wij nu onze voorbeelden willen zoeken in de gebeurtenissen die Israël zijn overkomen. Daarbij wil ik u meenemen naar de profeet Elia.

De tijd van Elia
De tijd van Elia is een bijzondere tijd. Het volk van Israël was de weg kwijtgeraakt, mede door hun koning. Koning Achab stond in de lijn van de zonden van zijn grootvader en van zijn vader Omri. En Achab was bovendien getrouwd met Izebel. Zij was de dochter van de koning van Tyrus, de economische grootmacht van de Middellandse Zee. Met haar wordt welvaart het belangrijkste in Israël en in het leven van Achab. Heel bijzonder is, na de 3,5 jaar droogte, dat Achab alleen bezig is met voedsel te vinden voor zijn paarden. Een koning die na 3,5 jaar droogte bezig is met zijn eigen hachje en niet met de toestand van het volk. Israël was namelijk altijd een agrarische samenleving geweest en als je dan 3,5 jaar geen regen krijgt, groeit er niets en ben je ook inmiddels door al je voorraden heen. Kortom, door de droogte een hongersnood. Dit was een nationale ramp.

Pas na 3,5 jaar van droogte komt de profeet Elia terug bij de koning en hij daagt het volk uit voor een religieuze wedstrijd, om te ontdekken wie de ware God is. Als Baäl god is, dien hem, maar als God inderdaad God is, dien Hem. Maar het volk antwoordt hem niets, men durft geen keuze te maken. Vervolgens lezen we in 1 Kon. 18 over de religieuze wedstrijd op de berg Karmel en laten de Baälpriesters niets van hun god zien. Dan gaat Elia, op het uur van het avondoffer, op het uur van herstel, bidden tot God. God antwoordt met vuur en er komt een nationaal herstel een nationale opwekking. Heel Israël roept dan: de Heer is God, de Heer is God!

Zelfs na het nationale herstel op de Karmel, blijft de koning materialistisch ingesteld. Achab doodt namelijk Naboth vanwege een wijngaard die hij wil hebben. Met andere woorden, de geestelijke opwekking is nog niet in het leven van de koning zichtbaar.

Zonde van Jerobeam
We lezen verder over Achab, dat hij wandelde in de zonde van Jerobeam, 1 Kon.16:31. Wat was die zonde van Jerobeam? In 1 Kon.12 lezen we dat Jerobeam koning wordt over de 10 stammen van Israël. God had hem dat beloofd. Maar ook een voorwaarde gesteld: als jij wandelt in de wegen van God, dan zal ik jouw koningschap bevestigen. Dat laatste deed Jerobeam niet, hij wantrouwde God. Hij maakt daarop twee Gouden Kalveren, zodat het volk niet naar Jeruzalem hoefde te gaan om te aanbidden. Hij verandert de tijden die God had ingesteld om de feesten te vieren. Jerobeam stelt eigen priesters aan, om dienst te doen bij de Gouden Kalveren. Bijna alle koningen van Israël, ook koning Achab, wandelen in de zonde van Jerobeam.

Wat kunnen we leren uit deze geschiedenis? Was dit alleen in de tijd van Elia, of zien we dat later ook terug? In de tijd van keizer Constantijn de Grote in 321, verandert deze keizer ook de tijden van Gods feesten en is hij anti-Israël en volgens hem kan iedereen wel priester worden. Hierin zien we hetzelfde patroon als wat koning Jerobeam deed. De kerk heeft dit voorschrift van de keizer gevolgd, met als uitwerking dat wij Pasen op een andere datum hebben dan Pesach, het Loofhuttenfeest is afgeschaft en de vervangingsleer dat de kerk in plaats van Israël is gekomen, is doorgedrongen in de theologie. Nu wij weer de Hebreeuwse wortels van ons christelijk geloof aan het ontdekken zijn, is er nog een lange weg te gaan om van deze voorschriften af te komen en weer te doen wat God heeft gezegd in Zijn Woord.


Tijd van droogte
Terug naar Elia. Het oordeel wat God in de tijd van Elia gaf, namelijk 3,5 jaar droogte is niet alleen een handelsmerk van een harde God uit het Oude Testament, maar het boek Openbaring vertelt ons over de mysterieuze twee Getuigen in de Eindtijd. Deze twee Getuigen hebben het gezag om regen tegen te houden voor de mensheid, Openb. 11:6. Het zou ons eraan moeten herinneren dat God een verterend vuur is, Hebr. 12:29. God verandert niet: Hij is dezelfde gisteren, vandaag en voor altijd. Verder lezen we over de toekomst in Openb. 17,18 over de val van Babylon, als een val van het hele economische systeem in de wereld. Met voor ons de oproep van Elia, om terug te keren naar God, om een keuze te maken tussen God en Baäl. Eveneens lezen we in Openbaring over de situatie in de gemeente van Laodicea. Men was lauw geworden en daarom zal Jezus hen verwerpen. Waren ze maar heet of koud, maar net als in de dagen van Elia het volk durfde geen keuze te maken tussen God en Baäl.

De profeet Elia kon pas bidden tot God, nadat hij het altaar had hersteld met 12 stenen, als een beeld van de 12 stammen van Israël. De 12 stammen van Israël moesten eerst hersteld zijn. Daarna was slechts één gebed voldoende, zodat God Zijn wonder van het vuur kon doen en het nationale herstel kwam.

Jezus en Elia
We lezen dat ook Jezus naar deze profeet Elia verwijst. Direct na de verheerlijking op de berg, vragen de discipelen aan Jezus, over Elia die zou komen. Jezus antwoordt: “Inderdaad, Elia zal wel eerst komen en zal alle dingen herstellen.” Mat. 17:11. Het lijkt alsof Jezus spreekt over twee komsten van Elia: “Ik zeg jullie dat Elia al gekomen is, en zij kenden hem niet, maar deden met hem wat zij wensten. Evenzo staat ook de Zoon des Mensen op het punt te lijden door hun handen. Toen begrepen de discipelen dat Hij tot hen sprak over Johannes de Doper.” Mat. 17:11-13. Met andere woorden, een komst van Elia in de tijd van Jezus, met Johannes de Doper die kwam in de geest en de kracht van Elia, en een komst van Elia vóór de Wederkomst, om alles te herstellen.

Na de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren, vertelt Petrus dat Jezus naar de hemel moest gaan en daar zal blijven, tot de tijd van de wederoprichting aller dingen, Hand.3:21. Daarmee is het herstel en zelfs een nationaal herstel nodig, voordat Jezus kan terugkomen. De profeet Elia speelt daarin een belangrijke rol van de Eindtijd.

Elia en de Eindtijd
Deze gebeurtenis uit het leven van Elia is zelfs aanleiding voor een profetie over herstel in de Eindtijd. Het laatste vers in ons Oude Testament, Mal. 4:5,6 gaat over de tijd vlak voor de Dag van de Heer, de Wederkomst. God zal de profeet Elia sturen en gaat herstel geven. “Zie Ik zend tot u de profeet Elia, voordat de dag van de Heere komt, die grote en ontzagwekkende dag. Hij zal het hart van de vaders tot de kinderen terugbrengen, en het hart van de kinderen tot hun vaders, opdat Ik niet zal komen en de aarde met de ban zal slaan.” Mal.4:5,6. Elia komt en zal herstel geven tussen vaders en kinderen. Dat is toch fantastisch, herstel in gezinnen. Maar deze tekst heeft nog een diepere laag. Wij worden als christenen in het Nieuwe Testament aangeduid met kinderen, zie de 1e Johannes brief. Wij de kinderen in het geloof en Israël de vaderen. Met deze achtergrond krijgt de profetie uit Maleachi diepgang, dat er herstel komt tussen de gelovigen en Israël, vóór de Wederkomst.

Mantel van Elia
Tot de tijd van de Wederkomst mogen wij de mantel van Elia oppakken, zoals Elisa zijn opvolger. Elisa vroeg om een dubbel deel van de geest en kracht van Elisa. En Elisa kreeg dat en hij mocht tweemaal zoveel dingen doen als Elia. Elia was de eerste profeet die iemand uit de dood mocht terughalen. Zijn opvolger Elisa zelfs tweemaal. Bijzonder is dat Jezus in de lijn van de profeten handelde en zelfs driemaal iemand uit de dood doet terugkeren: dochtertje van Jaïrus, de jongeling van Naïn en zijn vriend Lazarus. Met andere woorden er waren al zes mensen uit de dood opgestaan. Maar deze mensen zijn na verloop van tijd toch weer gestorven. Jezus is daarmee de zevende die uit de dood is weergekeerd, maar de eerste uit de dood die met een verheerlijkt lichaam is opgestaan uit de dood, als eersteling van de nieuwe schepping.

Wij mogen in de kracht en de geest van Elia, in de kracht van de Heilige Geest, dezelfde grote dingen als Elia en Elisa doen, als manteldragers van het komende koninkrijk van God. Waarbij God van te voren de dingen voor ons heeft gereed gelegd om te doen, Fil.2:13. En God kan meer dan wij bidden of beseffen. Wij mogen als fakkeldragers dit licht van God koninkrijk verspreiden. Elia wist in welke autoriteit hij alles deed: “Zo waar de Heere, de God van Israël leeft, voor Wiens aangezicht ik sta…” 1 Kon.17:1. Wij mogen ook staan in de autoriteit die God ons geeft: “Door Hem hebben wij ook de toegang verkregen door het geloof tot deze genade waarin wij staan..” Rom. 5:1. Vanuit de autoriteit die hebben gekregen en de vrijmoedigheid door de Heilige Geest, kunnen wij de dingen doen die God heeft klaargelegd voor ons om te doen.” Fil.2:13. Om de toekomst met vertrouwen te kunnen ingaan, moesten de discipelen prediken en getuigen: “Dat God Jezus heeft aangesteld om Rechter te zijn over levenden en doden. En dat wie in Hem gelooft, vergeving van zonden zal ontvangen.” Hand. 10:42. Het is niet alleen de profeet Elia en Hosea die oproept tot bekering. Ook Johannes de Doper deed niets anders: “Bekeert u, want het koninkrijk van God is nabij.” Wij mogen in de geest van Elia de mantel opnemen en verkondigen: “Komt laten we terugkeren naar de Heer; Hij heeft ons verscheurd opdat Hij ons kan genezen: Hij heeft ons getroffen opdat Hij ons zou kunnen verbinden.” Hosea 6:1. Dit is allereerst voor Israël bedoeld, maar vervolgens ook voor ons. Want de kerk in Thyatira wordt door Jezus zelf berispt dat die vrouw Izebel in de kerk is geïnfiltreerd met haar immoraliteit. Openb. 2:22. De dagen van Elia herhalen zich in de toekomst, vlak vóór de Wederkomst. Daarmee wordt de oproep van Elia herhaald in deze tijd, voor een nationaal herstel.

Zo kan Israël een voorbeeld voor ons zijn, in deze verwarrende tijden. Is het een teken voor onze tijd, dat God pas herstel kan geven als Israël terug is in het land? Wij leven nu in de tijd van het herstel van Israël! We weten dat er eerst een fysiek herstel van Israël moet zijn, voordat God ook Zijn Geest gaat uitstorten op Zijn volk, als een geestelijke herstel. Daarvoor mogen wij bidden. Israël als voorbeeld voor ons en als opmaat voor een nationaal herstel, ook voor ons land. Nationale opwekking na jaren van droogte.

door Jacob Keegstra ICEJ Nederland